Beproefd concept nu ook als centrale oplossing

Alles-in-één ventilatie-units

Het ScholenºConcept van Klimaatgroep Holland is inmiddels een beproefde methode die al in meer dan 10.000 lokalen is toegepast. De decentrale alles-in-één ventilatie-unit ventileert, verwarmt en koelt het lokaal volautomatisch. Klimaatgroep Holland brengt in november ook een centraal aangedreven systeem op de markt met daarin alle voordelen van het bestaande concept.

De bestaande units werken volledig zelfstandig met een eigen ventilator. Behalve ventileren, verwarmen en koelen kunnen ook de zonwering en verlichting erop aangesloten worden. Sensoren meten de temperatuur, het CO2-niveau en de aanwezigheid van mensen in het lokaal. Naar aanleiding van deze metingen wordt de lucht tochtvrij verdeeld in de ruimte. Standaard worden de units aangesloten op de meldkamer van Klimaatgroep Holland, die het systeem 24/7 monitort. De school ontvangt eigen inloggegevens om altijd inzicht te hebben in de gemeten waardes.

Voor- en nadelen

Het voordeel van een decentraal systeem is dat je minder kanalen nodig hebt binnen het gebouw. Bijkomend effect is dat de unit, die wordt ingebouwd in het verlaagd plafond, aansluiting dient te hebben naar buiten voor luchttoevoer en -afvoer. Architecten weten hier goed mee om te gaan en bedenken prachtige oplossingen. Voor zowel een decentraal als een centraal ventilatiesysteem is wat te zeggen, en daarom ontwikkelde Klimaatgroep Holland een unit die wordt gevoed door de centrale luchtbehandelingskast, maar die per lokaal kan worden aangestuurd. “We hebben alle voordelen van het bestaande systeem gebundeld in de nieuwe oplossing”, zegt directeur Harry Vaatstra. “Je hebt wel de techniek, maar geen ventilator meer in het klaslokaal. Daar zie je nog vier roosters en een bedieningspaneel. Omdat je meer kanalen nodig hebt, is het vooral geschikt voor nieuwbouw.”

Frisse Scholen klasse A

Met deze nieuwe ontwikkeling komt Klimaatgroep Holland al haar klanten tegemoet. Het is aan de adviseur of architect om te bepalen of er gekozen wordt voor een centraal of decentraal systeem. Vaatstra: “Met beide methodes haal je Frisse Scholen klasse B, met het nieuwe concept kun je zelfs klasse A halen. Onze geïntegreerde domotica hebben we voortgezet in deze lijn. Daarbij hebben we de nadruk gelegd op comfort. Het geluidsniveau is laag en ook de luchtvolumes voldoen aan klasse A.”

Monitoring

Door middel van sensoren worden de CO2 en aanwezigheid binnen klaslokalen gemeten. Deze data kunnen direct gekoppeld worden aan het gebouwbeheersysteem. Er wordt daarbij ook gekeken naar het elektriciteitsverbruik, waarna verlichting en apparaten worden afgesloten wanneer ze onnodig aanstaan. Een mooi voorbeeld is het digibord, dat vaak 24/7 stroom verbruikt. Vaatstra: “We monitoren de energie en zo kunnen we per lokaal zien of er een uitschieter is. Dat wordt automatisch doorgegeven aan de meldkamer. Het energieverbruik van de school wordt op die manier verlaagd. Ook storingen of ongeregeldheden worden automatisch via het systeem doorgestuurd naar de meldkamer, zodat wij het kunnen oplossen. De school hoeft de gegevens niet steeds zelf te controleren.”

Klaar voor de toekomst

Hoewel de nieuwe ventilatie wordt aangedreven door een centrale unit, zijn alle klaslokalen apart van elkaar te verwarmen en koelen. Zijn de temperaturen per lokaal verschillend, bijvoorbeeld door de ligging van het gebouw ten opzichte van de zon, dan kan onderling energie uitgewisseld worden. Dankzij warmteterugwinning met 100% gescheiden luchtstromen wordt er zeer energiezuinig gewerkt. “De unit wordt gevoed door water en maakt geen gebruik van koudemiddelen. Voor de warmtepomp kun je een natuurlijk koudemiddel gebruiken. Doe je dat, dan ben je helemaal klaar voor de toekomst. Ik ben heel erg blij met deze nieuwste ontwikkeling. Het is een prachtige aanvulling op het succesvolle concept dat we al hadden”, aldus Vaatstra.

De units komen uit in drie bouwgroottes: 1.800 m3 voor Frisse Scholen klasse A, 1.250 m3 voor klasse B en 850 m3 voor kinderdagverblijven.